Sticky gehaktballetjes met granaatappel

1. Maak het granaatappelglazuur. Verhit in een kleine steelpan op middelhoog vuur de sjalot in olijfolie gedurende 2-3 minuten, tot ze geurend en zacht zijn. 
2. Voeg het granaatappelsap, de ahornsiroop, granaatappelmelasse, zout, peper en piment toe. Breng aan de kook. 
3. Zet het vuur op middelhoog en laat onafgedekt zachtjes sudderen gedurende 15 minuten, tot het mengsel tot de helft is ingekookt. 
4. Haal van het vuur en zet opzij. 
5. Maak de gehaktballetjes. Meng in een middelgrote kom het gehakt met knoflook, sjalot, peterselie, munt, zout, komijn, koriander, kaneel en peper. 
6. Meng goed met je handen en voeg genoeg paneermeel toe zodat het mengsel makkelijk tot balletjes gerold kan worden. 
7. Gebruik vochtige handen om 12 tot 16 gehaktballetjes ter grootte van een pingpongbal te rollen; zet apart. 
8. Bak de gehaktballetjes. Verhit 1 eetlepel olie in een grote koekenpan op middelhoog vuur. Bak de balletjes in porties rondom bruin, zonder de pan te vol te doen. 
9. Leg de gehaktballetjes in een ovenbestendige schaal en zet ze in een voorverwarmde oven op 180°C om verder te garen. 
10. Serveer. Giet het glazuur over de gehaktballetjes en bestrooi vlak voor het serveren met verse granaatappelpitjes, kruiden en krokante uitjes.

Deze “sticky” gehaktballetjes met granaatappel zijn leuke en gezellige twist op een standaard gehaktbal. De toevoeging van verse kruiden zoals peterselie en munt zorgt voor een frisse smaak.